Tot zien in vrij Mokum

Image

Jaren geleden vond een sloopbedrijf bij een grondige renovatie in de Amsterdamse Vrolijkstraat tussen de muren een pakje brieven. De schrijver van de brieven, Flip Slier, zijn ouders aan wie de brieven gericht waren en verdere familie werden allemaal in de concentratiekampen vermoord.

Vanuit werkkamp Molengoot bij Hardenberg waar hij in '42 verplicht te werk was gesteld stuurde Flip de brieven aan zijn ouders.
Uit die brieven wordt eens te meer duidelijk hoe sluw het net door de Duitsers werd dicht getrokken. Jongens uit het kamp kregen verlof om in Amsterdam te trouwen dan kon hun vrouw met hen mee naar Polen.

Flip had een scherp oog voor wat er stond te gebeuren al heeft ook hij de realiteit niet kunnen bevroeden. Bijna elke dag schreef hij aan zijn ouders over de belevenissen in het kamp altijd eindigend met de optimistische woorden: "Houdt Moed. Kop Op. Tot Ziens in Vrij Mokum." In de eerste plaats om zijn ouders gerust te stellen. Misschien ook om eigen angst en onzekerheid de baas te blijven. Na jaren heeft Flip Slier alsnog een stem gekregen door zijn brieven waarin minsten zo veel tussen de regels staat.

Bezorgd door Dens Vroege met een inleiding door Elma Verhey.